Nieuws
Stikstofbehoefte groenbemesters sterk afhankelijk van voorvrucht en zaaimoment
De benodigde stikstofgift voor niet-vlinderbloemige groenbemesters varieert van 0 tot 120 kg N per ha, afhankelijk van de groenbemestersoort, de voorvrucht en het zaaimoment. Alleen na granen is een substantiële N-gift nodig. Dat blijkt uit een deskstudie die WUR Open Teelten in opdracht van BO Akkerbouw heeft uitgevoerd. De deskstudie geeft een indicatie van benodigde N-giften voor groenbemesters in verschillende situaties.
Behoefte aan verfijning
In het Handboek Groenbemesters zijn globale richtlijnen weergegeven voor de stikstofbemesting van groenbemesters. In de praktijk is er behoefte aan een verfijning van de richtlijnen naar voorvrucht en zaaidatum.
Omdat er geen gegevens beschikbaar zijn van stikstofbemestingsproeven met groenbemesters, is voor een aantal groenbemestersoorten met behulp van een modelberekening geschat welke stikstofgift nodig is in welke situatie. Het betreft de niet-vlinderbloemige gewassen gele mosterd, bladrammenas, winterrogge, Japanse haver en Italiaans raaigras. Er is hierbij een stikstofbalansmethode toegepast waarbij rekening is gehouden met:
- de stikstofopname door het gewas, afhankelijk van de zaaidatum;
- de hoeveelheid minerale stikstof in de bodem die achterblijft na het hoofdgewas;
- stikstofmineralisatie uit gewasresten en uit de organische stof in de bodem en stikstofdepositie uit de lucht;
- wel of geen stro achterlaten na een graanteelt.
Er zijn vele combinaties mogelijk van voorvruchten en verschillende zaaimomenten van groenbemesters om door te rekenen. In de deskstudie zijn niet alle denkbare scenario’s doorgerekend, maar is een selectie gemaakt.
Alleen substantiële N-gift na granen
Uit de berekeningen komt naar voren dat alleen na granen een substantiële stikstofgift nodig is voor de voornoemde groenbemesters, met name bij zaai vóór half augustus. Naarmate later wordt gezaaid, neemt de stikstofbehoefte af. Na de overige hoofdgewassen die in de deskstudie zijn meegenomen, is veelal geen of een kleine stikstofgift nodig. Vlinderbloemige groenbemesters profiteren van luchtstikstofbinding en hebben daardoor sowieso geen tot een geringe (start)gift aan stikstof nodig.
In het rapport van de deskstudie zijn tabellen opgenomen waarin de berekende stikstofgiften zijn weergegeven voor verschillende situaties. Klik hier voor het rapport: Rapport Actualisatie N-bemestingsrichtlijnen groenbemesters. De uitkomsten van de modelberekeningen moeten nog worden gevalideerd via proeven.
Meer informatie: Ruud Timmer (ruud.timmer@wur.nl), Willem van Geel (willem.vangeel@wur.nl)