Home » Bemestingsadviezen » Gewasonderzoek: kritische nutriëntengehalten

Gewasonderzoek: kritische nutriëntengehalten

Gewasanalyses kunnen behulpzaam zijn om vast te stellen of er tekorten zijn van een bepaald nutriënt in een gewas. Vaak gebeurt dit wanneer groeiproblemen en/of gebrekverschijnselen geconstateerd worden in een gewas. Er zijn echter vrijwel geen normen voor kritische nutriëntengehalten in het gewas en daaraan gekoppelde bemestingsadviezen vastgesteld door de Commissie Bemesting Akkerbouw Vollegrondsgroenten (CBAV). Uitzonderingen hierop zijn:

Vaak worden gewasgehalten bepaald door het nemen van blad- of bladsteeltjesmonsters. Vervolgens kan het gehalte worden bepaald in het plantsap of in de droge stof van het blad. Bij plantsapanalyses wordt na invriezen het plantsap uit de bladeren of bladsteeltjes geperst en vervolgens worden in het plantsap de gehalten gemeten. Bij droge-stofanalyses worden de bladeren of bladsteeltjes gedroogd waarna de gehalten in de droge stof worden bepaald.

Een overzicht van kritische nutriëntengehalten (op droge-stofbasis in het jongst volgroeide blad) op basis van wetenschappelijke literatuur is gegeven in de tabel. Aangezien die gehalten zijn afgeleid onder omstandigheden die af kunnen wijken van die in Nederland, moeten de getallen met de nodige voorzichtigheid worden gehanteerd. In aanvulling op grondonderzoek kunnen ze worden gehanteerd voor een indicatie van de voedingstoestand van het gewas. In de beslisschema’s voor calcium, magnesium, borium en mangaan is aangegeven hoe gewasonderzoek naast grondonderzoek kan worden ingezet als basis voor bemestingsadviezen. Als de gehalten lager zijn dan het kritische gehalte, wordt een gift geadviseerd.

Het vaststellen van kritische gehalten in gewassen voor nutriënten is lastig. De gehaltes zijn afhankelijk van de leeftijd van het bemonsterde blad, het ontwikkelingsstadium en het ras. De gehalten in de bladeren dalen over het algemeen gedurende de groeiperiode. Het is dus lastig om algemeen geldende waarden per nutriënt af te leiden voor een gewas.

Een aantal laboratoria biedt gewasanalyses en bemestingsadviezen aan zowel op basis van plantsap als op basis van droge stof. De adviezen die deze laboratoria op basis van gewasanalyses aanbieden zijn over het algemeen niet gevalideerd in wetenschappelijk onderzoek.

Een plantsapanalyse of droge-stofanalyse geeft extra informatie over de nutriëntenstatus van het gewas, die u kunt combineren met andere waarnemingen in het veld om tot een beslissing te komen over het nut van een aanvullende bemesting.

N.B: Het moment en de wijze van monstername komt nauw. De instructies die het laboratorium hiervoor geeft, moeten nauwkeurig worden opgevolgd.

Overzicht van de beoordeling van de nutriëntengehalten in het jongst volgroeide blad van akkerbouwgewassen (Riechelman et al., 2021)
Gewas Groei­stadium Beoordeling K (g/100 g d.s.) Mg (g/100 g d.s.) Ca (g/100 g d.s.) S (g/100 g d.s.) B (mg/kg d.s.) Mn (mg/kg d.s.)
Aardappelen 30-60 dagen na opkomst hoog >7,0 >0,70 >2,5 >0,5 >50 >250
voldoende 4,0–7,0 0,30–0,70 1,0–2,5 0,2–0,5 25-50 30-250
kritisch 3,0-4,0 0,28-0,30 0,75-1,0 0,1-0,2 15-25 20-30
tekort <3,0 <0,28 <0,75 <0,1 <15 <20
Suikerbieten hoog >6,0 >1,0 >1,5 >0,5 >200 >200
voldoende 2,0–6,0 0,3–1,0 0,4-1,5 0,2–0,5 30-200 30-200
kritisch 0,6-2,0 0,3 0,3-0,4 0,1-0,2 15-30 20-30
tekort <0,6 <0,3 <0,3 <0,1 <15 <20
Uien hoog >5,0 >0,4 >3,5 >0,8 >60 >250
voldoende 3,0-5,0 0,25–0,4 1,5–3,5 0,56–0,8 30-60 50-250
kritisch 2,5-3,0 0,25 1,3-1,5 0,5-0,56 11-30 40-50
tekort <2,5 <0,25 <1,3 <0,5 <11 <40
Tarwe (winter) Periode: januari tot juni hoog >3,0 >0,5 >0,5 >0,4 >10 >100
voldoende 1,5–3,0 0,15-0,5 0,2-0,5 0,15–0,4 6-10 25-100
kritisch 1,25-1,5 0,15 0,2 0,06-0,15 3-6 12,5-25
tekort <1,25 <0,15 <0,2 <0,06 <3 <12,5
Gerst hoog >3,0 >0,5 >1,2 >0,4 >5 >100
voldoende 1,5–3,0 0,15–0,5 0,3–1,2 0,15–0,4 1-5 25-100
kritisch 0,75-1,5 0,075-0,15 0,15-0,3 0,075-0,15 0,5-1 12,5-25
tekort <0,75 <0,075 <0,15 <0,075 <0,5 <12.5
Rogge hoog >3,0 >0,6 >1,0 >0,65 >4 >45
voldoende 1,5–3,0 0,2–0,6 0,2-1,0 0,15–0,65 1,5-4 14-45
kritisch 1,25-1,5 0,1-0,2 0,1-0,2 0,075-0,15 0,8-1,5 7-14
tekort <1,25 <0,1 <0,1 <0,075 <0,8 <7
Haver hoog >3,0 >0,5 >0,5 >0,4 >4 >100
voldoende 1,5–3,0 0,15–0,5 0,2-0,5 0,15–0,4 1,5-4 25-100
kritisch 0,75-1,5 0,075-0,15 0,1-0,2 0,075-0,15 0,8-1,5 12,5-25
tekort <0,75 <0,075 <0,1 <0,075 <0,8 <12,5

Rapport van Riechelman et al., 2021

Download het rapport Critical nutrient concentrations of arable crops.